Kennisplatform
Let op! Wij-leren.nl heeft een nieuwe vormgeving.

Leiding geven aan een lerende school

Machiel Karels
Directeur Wij-leren.nl | onderwijsadviseur bij Wij-leren.nl   

Karels, M. (2020). Leiding geven aan een lerende school.
Geraadpleegd op 19-09-2024,
van https://wij-leren.nl/leiding-geven-aan-een-lerende-school.php
Geplaatst op 3 februari 2020
Leiding geven aan een lerende school

Welke vragen heb jij vandaag gesteld?

Een eigentijdse visie op leren van leerlingen strekt zich ook uit tot het leren van leraren. De beweging naar meer leerlinggecentreerd onderwijs vraagt dus ook een verandering naar een lerende cultuur. Dit heeft belangrijke implicaties voor de rol van de schoolleider. Hoe ziet die rol er uit en wat doe je als schoolleider om het leren van leraren te faciliteren en te stimuleren?

Samenvatting

Scholen hebben te maken met complexe vraagstukken, waarvan de oplossing niet meteen voorhanden is. Die vraagstukken zijn alleen oplosbaar als leidinggevenden en leerkrachten samenwerken om tot verbeteringen en vernieuwingen te komen. Dat doen ze door hun eigen praktijk samen te onderzoeken en te reflecteren op behaalde – breed geformuleerde – leerresultaten  van leerlingen.

Uit onderzoek blijkt dat dat samenwerking tussen leraren die onderzoek doen naar hun eigen praktijk leidt tot betere leerresultaten bij leerlingen, tot schoolontwikkeling en tot professionele ontwikkeling van de leraren.

Hoe kun je als schoolleider leidinggeven aan het ontwikkelen van een schoolcultuur die is gericht op samenwerken, onderzoeken en leren? Dat is de vraag waarop dit boek een antwoord geeft.

De schoolleider hoeft niet alle antwoorden te weten, zij moet steeds de goede vragen stellen, zodat leraren dieper kunnen nadenken over goede oplossingen. Juist door meer vragen te stellen komen schoolleider en leraar gezamenlijk tot een antwoord en een oplossing die ze samen hebben bedacht.

Het stellen van vragen is van belang om niet onmiddellijk in de actie schieten, maar eerst goed te kijken om het probleem of de vraag goed in beeld te krijgen.

De schrijvers geven ingrediënten voor het maken van een goede analyse, gebaseerd op hun theoretische en praktijk kennis.

Deel 1

Het boek bestaat uit twee delen. In het eerste deel leveren de schrijvers een analyse kader dat helpt om een probleem of vraagstuk goed te onderzoeken en te analyseren. Het kader bestaat uit een systematisch opgebouwde set vragen. Door de vragen te beantwoorden ontstaat een compleet beeld van de probleemsituatie.

Aan de hand van een casus uit de praktijk van een schoolleider laten ze zien hoe dat kader helpt om de juiste vragen te stellen. Dat maakt het kader bruikbaar voor iedere schoolleider.

Fase 1: probleembeschrijving

In de eerste fase van de analyse gaat het erom het probleem zo goed mogelijk te beschrijven: Welke gegevens zijn beschikbaar? Wat is er bekend en wat niet? Hoe kunnen we het probleem beschrijven?

Vaak gaat het bij deze vraagstukken om de interactie tussen de schoolleider en de leraren die leidt tot de goede interventies. Daarom focust het boek op die interactie tussen leerkrachten en schoolleiders door vragen te stellen als: Wat is er aan de hand? Wat gebeurt hier? Wat doet de schoolleider? Welke reacties laten de leerkrachten zien? Wat doen de leerkrachten?

Fase 2: diepere analyse

In de tweede fase analyseren de auteurs het probleem door het te bekijken met een praktijk theoretische bril. In de tweede fase zetten de auteurs verschillende brillen op om naar het probleem te kijken: bijvoorbeeld de bril van de ouders, de bril van de schoolcultuur, de bril van de samenwerking, de bril van de rolopvatting van de schoolleider, de bril van betrokkenheid en de bril van het middenmanagent.

Zo ontstaat een steeds diepgaandere analyse van wat er aan de hand is.

Derde fase: oplossing en interventies

De derde fase is de fase van het bedenken van de oplossing en de passende interventies.

Na het uitvoeren van de interventies volgt een zorgvuldige evaluatie en begint de cyclus overnieuw.

Dit eerste deel biedt bij de bespreking van de diverse brillen ook een uitgebreide praktijk- theoretische onderbouwing over succesvolle interventies van schoolleiders om leren en samenwerken in de organisatie te bevorderen: wat kan de schoolleider doen?

Het eerste deel blijft dicht op de huid van de dagelijkse praktijk van de schoolleider.

Aansluitend bij deel I is digitaal een aantal “flitscolleges” beschikbaar, waarin de auteurs uitleg geven bij in het boek behandelde (praktijk)theorie.

Tweede deel

Het tweede deel neemt meer afstand van de praktijk en bespreekt een algemeen theoretisch kader dat gaat over succesvolle schoolleiderspraktijken vanuit een ontwikkelingsgericht perspectief. Als we willen dat kinderen leren dan veronderstelt dit dat ook leerkrachten en schoolleiders leren.  

Het model van de leerturbine laat de samenhang zien tussen het leren van de leerling, de schoolleider en de bestuurder. Het leren op alle niveaus in de organisatie kan gestimuleerd worden door de school in te richten als een krachtige leeromgeving. De lerenden ontplooien in die leeromgeving leer activiteiten, die uiteindelijk allemaal zijn gericht op het leren van de leerling. In  alle lagen van de organisatie vinden parallelle leerprocessen plaats. Die leeractiviteiten zetten de turbine in beweging.

Dit theoretische kader verbinden de auteurs met de casus uit deel I om te laten zien hoe deze theoretische inzichten in de praktijk kunnen uitwerken en wat schoolleiders in hun eigen praktijk kunnen doen.

Hoe je het boek kunt gebruiken

De lezer kan het boek op drie manieren gebruiken:

De eerste manier is het boek lezen en zo kennis maken met het analyse model en manieren om in de school een lerende cultuur te realiseren.

De tweede manier is het boek te gebruiken als leerwerkboek. Het boek biedt hiervoor verspreid in de tekst opdrachten die de lezer laten reflecteren op de eigen rol.

De derde manier is het boek gebruiken bij de analyse van de eigen praktijkproblemen samen met anderen in de eigen school.

Recensie

Loes van Wessum en Ingrid Verheggen zijn er in geslaagd om een boek te schrijven wat zowel praktisch als theoretisch goed bruikbaar is. Er worden veel verwijzingen gegeven naar achtergrondliteratuur of naar praktische instrumenten waar schoolleiders mee aan de slag kunnen. De functie van een leerwerkboek voor schoolleiders is hoe dan ook zeker geslaagd.

Het gebruikte analysemodel ‘concurrerende waardenmodel’ van Quinn e.a. is helpend bij het gestructureerd in kaart brengen van de schoolcultuur. Het richt zich op de schooldoelen, de taakgerichte processen, de mensgerichte elementen en de externe processen. Persoonlijk mis ik in dit model de rol van de schoolleider als architect van leerprocessen van leraren. Dit aspect wordt in het tweede deel van het boek overigens door de auteurs wel opgepakt door te verwijzen naar een heel goed praktisch instrument dat gericht is op het ontwikkelen van een onderzoekscultuur in de school. Ook bij de bespreking van de leerturbine krijgt dit element wel aandacht, in de vorm van de schoolleider als leraar van leraren.

Voor het analyseren van de eigen praktijkproblemen is het boek ook zeker erg behulpzaam. Op een gestructureerde wijze worden de diverse aspecten van zo’n analyse praktisch doorlopen aan de hand van casussen. Dit helpt de lezer om de theorie aan de praktijk te verbinden en op de eigen situatie toe te passen. Er worden bij deze analyse actuele en veelgebruikte theoretische modellen gebruikt zoals de kleurtyperingen van De Caluwe en Vermaak en het model van de Transactionele Analyse. Een aandachtspunt hierbij is wel dat de mate waarin de reflectie diepgang krijgt, erg afhankelijk is van de betreffende schoolleider. Ook bij dergelijke modellen kun je namelijk nogal in het platte vlak blijven hangen bij een analyse. Vaak gaat het bij problemen om systeemdenken waarbij patronen, verbanden en onderlinge samenhang een cruciale rol spelen. Voor een volgende druk zou het wellicht interessant zijn om dit aspect wat verder uit te diepen en handvatten voor een verdiepte reflectie te geven. Mogelijk kan het in het boek besproken model van het enkel-, dubbel- en drieslagleren hiervoor een denkkader bieden.

Van harte aanbevolen voor schoolleiders die zich realiseren dat een eigentijdse visie op leren zich niet tot leerlingen beperkt, maar zeker ook gaat over het leren van leraren.

De schrijvers:

Loes van Wessum promoveerde in Utrecht op een onderzoek naar samenwerking tussen docenten. Ze bekleedde diverse onderzoeks-en advies functies. Momenteel is zij associate lector “Leiderschap in onderwijs en opvoeding” bij Windesheim Flevoland.

Ingrid Verheggen was lerares Nederlands, afdelingsleider, conrector en rector. Ze was directeur voortgezet onderwijs bij het APS en bestuurder van de Almeerse Scholengroep.

Bestellen

Loes van Wessum en Ingrid Verheggen (2018).  Leiding geven aan een lerende school. Welke vragen heb jij vandaag gesteld? Den Bosch: Gompel en Svacina

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Bestellen

Het boek Leiding geven aan een lerende school is te bestellen via:



Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.