Kennisplatform
Let op! Wij-leren.nl heeft een nieuwe vormgeving.

Hoe kun je werkdruk echt verlagen?

Michel Verdoorn
Onderwijsadviseur bij Lestijd   

Vervoorn, M. (2015) Hoe kun je werkdruk echt verlagen?
Geraadpleegd op 19-09-2024,
van https://wij-leren.nl/tips-werkdruk-onderwijs.php
Geplaatst op 1 juni 2015
Werkdruk verlagen

De 40-urige werkweek volgens de nieuwe CAO PO wordt gepresenteerd als dé oplossing voor het verlagen van de werkdrukvan onderwijspersoneel. Marjolein Zwik betwijfelt dit (mijns inziens terecht) en laat in haar artikel ‘De 40-urige werkweek: lust of last?’ heel helder zien waar ze dat op baseert. Vanuit een andere invalshoek zie ik ook nadelen die ik toe zal lichten, maar ik wil vooral dieper in gaan op mogelijke oplossingen die de werkdruk echt zouden kunnen verlagen.

Een andere verdeling van de werktijd

De achterliggende gedachte van de 40-urige werkweek is het verkleinen van de pieken en dalen in hoeveelheid werk. Op bepaalde momenten in het jaar is de hoeveelheid werk groot  (bijvoorbeeld de periode voordat rapporten gegeven worden) en de vakanties worden gezien als de dalen. Daarom probeert men werktijd anders te verdelen door werk te verschuiven naar dagen waarop leerlingen vrij zijn (voorheen vakantiedagen). Een logische gedachte, maar…

Marjolein Zwik laat met allerlei berekeningen zien dat het bij de nieuwe tijdsverdeling nog steeds niet mogelijk is om de benodigde werkzaamheden van een leerkracht binnen de beschikbare werktijd uit te voeren. Haar conclusie is kortgezegd dat het vooral gaat om een tijdverschuiving en dus niet meer tijd op levert. Haar oplossing is dat er meer geld beschikbaar komt voor meer personeel, zodat bijvoorbeeld vakleerkrachten kunnen worden aangesteld en dat scholen meer keuzes maken in wat men wel en wat men niet doet.

Nu ben ik het daar mee eens, maar ik begrijp dat dat niet snel zal gebeuren. Bovendien denk ik dat in sommige gevallen het anders verdelen van de werktijd in enige mate wel de werkdruk zou kunnen verlagen, maar hierbij moet men rekening houden met het volgende:

Uit de Rapportage ‘Werkdruk in het primair en voortgezet onderwijs’ van Duo Onderwijsonderzoek (2012) blijkt een belangrijke oorzaak voor de werkdruk: ‘de beperkte mogelijkheden voor leraren om de eigen werkzaamheden te kunnen plannen envorm te geven’. Leerkrachten zouden hun werktijd dus meer autonoommoeten kunnen indelen.

De 40-urige werkweek heeft bij veel scholen juist het gevolg dat leerkrachten die autonomie verliezen. Ze krijgen meer verplichte werkdagen tijdens vrije dagen van leerlingen en en passant worden de werktijden ook nog maar eens even strakker vastgelegd.

Het doel van de 40-urige werkweek is niet verkeerd, maar besturen en directies zouden het moeten zien als manier om hun personeel meer ruimte te bieden om zelf hun werktijden beter te verdelen. En niet als manier om ze te dwingen hun werk op door hen bepaalde momenten te doen.

Gezamenlijk werken aan een efficiëntere tijdsbesteding

Voorstanders van de 40-urige werkweek beweren dat beter zichtbaar zal worden wie het niet lukt om zijn of haar werk binnen de beschikbare tijd te voldoen en dat er dan beter gewerkt kan worden aan efficiënter werken.

Dit bevestigt mijn ervaring dat er te weinig teambreed gewerkt wordt aan een efficiëntere besteding van de werktijd. De hulp aan leerkrachten die last hebben van te hoge werkdruk beperkt zich vaak totverwijzing naar een cursus timemanagement. Met timemanagement leer je om te gaan met jouw beleving van werkdruk en je eigen functioneren efficiënter te maken door prioriteiten te stellen en systematisch te werken.  

Maar ondanks een goed timemanagement ben je afhankelijk van de efficiëntie van anderen waar je mee samenwerkt. Daarom kan de efficiëntie op een school pas echt verbeterd worden als er gezamenlijk aan gewerkt wordt. De meeste scholen kunnen hierin nog veel winst behalen en zouden ook hieraan moeten werken om de werkdruk te verlagen.

Integrale aanpak van efficiëntie

Om de efficiëntie op een school te verbeteren is het ook van belang om dit integraal aan te pakken.In de discussie over het verlagen van de werkdruk heb ik dit nog nooit ter sprake zien komen. Het bijzondere aan efficiëntie in het onderwijs is namelijk dat het niet alleen de organisatie van het werk betreft, maar ook de didactiek.

Organisatorische- en didactische efficiëntie zijn nauw met elkaar verweven. Een didactisch efficiënte leerkracht kan de les zo organiseren dat er tempo in de les zit, maar dat het leerrendement ook hoog is. Goed klassenmanagement ondersteunt die didactische efficiëntie. Goed onderwijs versterkt de zelfstandigheid en autonome motivatie van de leerlingen. Hierdoor wordt het voor de leerkracht gemakkelijker om het klassenmanagement te optimaliseren.

Ook alle werkzaamheden buiten de eigen klas zullen bij een integrale aanpak betrokken moeten worden. De organisatorische efficiëntie kan verhoogd worden door de interne- en externe communicatie beter te stroomlijnen en door helderheid en openheid te vergroten. Dit kan ook doelbewust gebruikt worden om de kwaliteit van de didactiek te verhogen.

Het leren benutten van feedback van collega’s kan bijvoorbeeld de deskundigheidsbevordering van leerkrachten versterken. Ook kan het verbeteren van de communicatie doelbewust ingezet worden om een groter draagvlak te creëren bij onderwijsinnovaties. Hierdoor kosten de innovaties zelf minder energie voor alle betrokkenen en zal de werkdruk verminderd worden.

Minder verspilde energie bij onderwijsinnovaties

In het onderwijs is men vaak gevoelig voor ‘hypes’ en besteedt men veel tijd en energie aan het invoeren van onderwijsconcepten die volgens wetenschappelijk onderzoek weinig effect blijken te hebben op het verhogen van het leerrendement. John Hattie toont in zijn boek ‘Visible learning’ aan welk effect allerlei onderwijsinterventies hebben.

Daarin is te zien dat veel onderwijsinterventies die hebben plaatsgevonden (en nog steeds plaats vinden) onvoldoende effect hebben op het verbeteren van het onderwijs. Voorbeelden zijn het differentiëren op basis van leerstijlen of meervoudige intelligenties. Dit soort interventies vinden nog steeds plaats. Dat is toch verspilde energie?

De laatste jaren is het volgen van een masteropleiding door leerkrachten gestimuleerd door de overheid, o.a. door de lerarenbeurs. Wordt de opgedane kennis door deze leerkrachten wel voldoende benut in het onderwijs? Zij zijn namelijk bij uitstek de personen die een brug kunnen leggen tussen praktijk en wetenschap om zodoende onderwijsinnovaties werkelijk effectief te laten zijn.

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.